Tom De Visscher (1977) is een man die zich van fotografie bedient. Daarin heeft hij een tweeledig bestaan, enerzijds als rasechte kunstenaar en anderzijds in dienst van andere kunstenaars en het onderwijs.
G E M A K Z U C H T
Afgeleid uit jouw constante stroom werkaanvallen, vermoed ik dat je dagen extreem goed gevuld zijn?
Tom: Inderdaad, gemakzucht is een woord dat niet in mijn woordenboek staat.
Maar het ene doe je al liever dan het andere.
Tom: Uiteraard. Ik zou de invulling van mijn leven liever anders zien, maar een job naast het kunstenaarschap is nu eenmaal noodzakelijk om goed te kunnen leven en om een geldstroom te maken waarop mijn beeldende kunst kan drijven.
Je bent intensief bezig met fotografie, maar neem je ook genoeg tijd om met je naam naar buiten te treden?
Tom: Mijn PR-talent is op zijn zachtst uitgedrukt het minst ontwikkeld. Ik verkoop mezelf te weinig. Daar kan ik nog aan werken.
Is dat omdat je met jezelf als persoon niet in de kijker wil lopen of omdat het werk voor zich moet spreken?
Tom: Ik besef wel dat het publiek niet vanzelf zal opdagen en dat je aandacht moet scheppen.
Maar je moet daarbij weten dat mijn beelden dieper gaan dan de eerste oogopslag. Ze zijn dan wel narratief, maar er schuilen betekenissen achter. In veel van mijn werken zijn er iconografische elementen verwerkt die mee die betekenis dragen. De kijker moet echt moeite doen om die te achterhalen, vaak ook omdat er autobiografische elementen in mijn werk zitten. Het is voer voor de meerwaardekijker, ontdaan van zijn gemakzucht (lacht).
Volg je je collega-fotografen?
Tom: Uiteraard en tot ver over de landsgrenzen heen. Matthew Barney, Sam Taylor-Wood, Anthony Goicolea, Gregory Crewdson, Wang Qingsong, Teun Hocks, die lieer ik het meest aan mijn werk. Mijn interesses rijken trouwens verder dan enkel de fotografie. Ik omring mezelf met mijn eigen kleine kunstverzameling en bibliotheek. Zo kan je begrijpen dat ik in mijn werk af en toe referenties maak naar andere beeldende kunstenaars, als een soort persiflages. Ik ben op dat gebeid een echte iconofiel die kunstenaars opslokt.
Gemakzucht wil ook zeggen: te weinig naar het goede streven…
Tom: Ai! Hechte vriendschappen onderhouden, daar heeft bij mij zijn desastreuze proporties. In die zin dat ik heel veel kennissen heb die zonder probleem vrienden zouden kunnen zijn, maar doordat ik zo hard werk en bepaalde prioriteiten leg, ben ik niet in staat die vriendschappen te onderhouden. Of toch niet op de manier die ze verdienen.
Ik vroeg je bij elke hoofdzonde een foto te kiezen. Je foto voor dit thema behoeft weinig uitleg.
Tom: Klopt, je ziet mij liggen, compleet uitgeteld, zelfs ronduit belabberd. Boven mij staat een coole madam me in het gezicht te spuwen. Ik moet eerlijk toegeven – en nu wordt het nasty – dat ik dat een verbazend aangenaam gevoel vond, dat warm, lekker zacht spuw van een heerlijke mooie vrouw.
I J D E L H E I D
Tom: Ik ben ergens wel een ijdeltuit. Ik durf bijvoorbeeld wel eens het onderste uit mijn kleerkast halen. Wat niet wil zeggen dat ik daarna lang voor de spiegel blijf hangen, integendeel.
Ik kom vaak voor in mijn eigen werk, maar dat doe ik dan niet uit ijdelheid. Als mens achter de camera ben ik altijd mee op shoot, dus als dat dan moet, stel ik mij aan de andere zijde op en ben ik ook model. Maar als ik andere mannen in de buurt heb, laat ik hen liever poseren.
G U L Z I G H E I D
Op deze foto zien we je gretig een stuk vlees te lijf gaan. Zoek je daar vaak je heil in?
Tom: Je kan me ei zo na een carnivoor noemen.
Hoe ben je tot die foto gekomen?
Tom: Mijn buurman, een jager, kwam eens terug met een klein everzwijntje, dus heb ik het beestje nog even vereeuwigd alvorens het te verorberen bij een kerstdiner. Het was een van die zovele toevalstreffers, die momenten die je voorvallen en waar je onmiddellijk gebruik van moet maken.
De foto verraadt enig genot, je vertoeft bijna in een trance.
Tom: Ik zie het als een foute trance, met bloed aan mijn handen en gelaat. Ga ik met gesloten ogen en een scherp hakmes dat beestje te lijf – gelukkig heb ik al mijn vingers nog.
Ben je ook zo gulzig op het vrouwelijke mensenvlees?
Tom: Natuurlijk! Als ze op mijn pad komen, wil ik ze wel al eens verscheuren. Al moet ik wel zeggen dat ik flink wat kieskeuriger ben als het gaat over vrouwen.
Maar ze mogen best wild zijn?
Tom: Ik ben daar nooit echt een tegenstander in geweest, nee. (lacht). Mijn type vrouwen zijn altijd extreem en uitgesproken, met alle foute gevolgen van dien. Mijn emotionele vrouwenreeks over ‘hysterische vrouwen’ is ontstaan vanuit dat besef dat ik doorgaans foute vrouwen opzoek en daaruit volgend om me er mee tegen te beschermen. Ik hoor mezelf altijd zeggen: “Tom, als je dàt soort vrouwen tegen het lijf loopt, links laten liggen!” Het probleem is dat ik niet echt luister naar mijn eigen raad…
Je bent er niet vies van veel vrouwen voor je lens te strikken. Je vertelde me eens dat het een project zonder einde is. Hoe gulzig ben je op het vlak van fotograferen en modellen zoeken?
Tom: Ik hoopte in de eerste plaats vrouwen beter te leren begrijpen, maar dat valt tegen (lacht). Ik raak ze echter nooit beu, zoals ik het fotograferen ook nooit moe wordt.
W O E D E
Wie of wat doet Tom De Visscher koken?
Tom: Ik ben niet zozeer een mens die heel snel zijn kookpunt bereikt. Agressie of zwaar bedrog kunnen me misschien nog over de kling jagen. Maar alle agressie die ik niet heb in mijn persoonlijk leven, heb ik dan wel weer in mijn beeldend leven. Zo kan ik mijn kunstenaarspersonage de meest waanzinnige dingen laten doen die in mijn echte leven ver voorbij de grens zijn.
Wat maakt je kwaad in de kunstwereld?
Tom: Als ik zie dat sommige mensen – die zich kunstenaar noemen – met heel weinig inzet of kwaliteiten het heel ver schoppen.
Noem mij namen.
Tom: Néé Hilde!
J A L O E Z I E
Tom: Ik heb daar weinig last mee. Maar als ik merk dat het werk weinig om het lijf heeft, gaan mijn haren wel rechtstaan. Kunstenaars die het ver schoppen door talent of hard werken, gun ik alle licht in de ogen.
Kan jaloezie bij jou je werklust opdrijven, als een soort competitie?
Tom: Ik drijf zeker niet voort op jaloezie. Aan mij of mijn foto’s is het niet steeds te merken, maar ik ben in wezen een optimist. Wat me drijft zijn de positieve kanten van het leven. Ik heb nogal een stabiele persoonlijkheid en jaloezie is me daarin vreemd.
Ook in liefdesrelaties?
Tom: Eveneens. Want hoe jaloerser iemand is, hoe meer dat over die persoon vertelt. Iemand die trouwens heel jaloers is, bedriegt net zelf heel vaak mensen.
Op de foto die je koos voor deze zonde zien we een gevecht tussen zeemeerminnen. Het lijkt op een tafereel uit de dierenwereld tijdens het paarseizoen.
Tom: Bij wolven en andere dieren herken je dat fenomeen ook, het mannetje zonder verovering dat het alfa mannetje van de macht wil verdrijven. Dit komt uit een surreële reeks met panoramabeelden. De hele reeks is in feite gebaseerd op het Darwinisme. Van daaruit ben ik beginnen werken met zeemeerminnen en centauren, als in een wereld die net over de rand van de werkelijkheid treedt.
H E B Z U C H T
Tom: Deze foto beeldt hebzucht goed uit, al is het eerder een commerciële foto die voortkwam uit een experimentele samenwerking met een collega. Het komt uit een gangsterreeks die draait om al het foute dat je kan doen in het leven: drugs, rock’n roll, afschuwelijk veel smaakloos geld incasseren… enfin, alles wat leuk is (lacht).
Over geld gesproken, in hoeverre rollen de eurotekens je over de ogen?
Tom: Spijtig genoeg kan ik van mijn vrij werk niet leven, al verkoop ik geregeld. Maar een drijfveer is geld niet en mag het ook niet zijn, mijn werk mag er niet door beïnvloed worden. Laat ons zeggen dat ik tevreden ben als ik mijn gemaakte onkosten terugverdien.
Het lijkt mij erop dat je foto’s louter om de kunst gaan. Dan maar geen huwelijksreportages voor extra brood?
Tom: Mijn god, nee! Ik geef dan veel liever les, het geeft me de luxe de dingen te doen die ik wil doen. Het staat ook volledig los van mijn creatief werk waardoor mijn hoofd vrij blijft.
Over hebzucht gesproken: je neemt aan veel expo’s en tentoonstellingen deel.
Tom: Dat is een golf beweging. Want dit jaar heb ik nog niet zo gek veel expo’s gedaan, vind ik. Trouwens, veel expo’s doen is geen hebzucht maar ijdelheid (lacht)!
Wat wil je met je foto’s vertellen?
Tom: Zowel inhoudelijk als visueel moeten ze sterk zijn. In mijn verschillende reeksen komen verschillende aspecten van mijn persoonlijkheid aan bod. Ik ben van daaruit ook niet het soort kunstenaar dat zich in een bepaald vakje wil laten vastpinnen. Daarom werk ik aan verschillende reeksen naast elkaar. Als ik aan de éne reeks werk ,kan ik weer afstand nemen van een andere zodat ik steeds met een frisse blik kan overstappen. Voor mij is een oude reeks trouwens nooit afgesloten. Als ik op een gegeven moment daar het nut van inzie, wil ik de mogelijkheid open houden om er onmiddellijk terug in te stappen.
Wil je tussen hier en vijf jaar een grote naam zijn in België?
Tom: Graag! Al zal ik niet ongelukkig worden als ik geen naam word. Je hebt namelijk veel oudere kunstenaars die depressief en teleurgesteld zijn en daar heb ik mijn visie naar vertaald: ik werk in eerste instantie voor mezelf. Ik vind het de gezondste benadering, want het is zowel een vorm van zelfbescherming als van oprechte toewijding. Ik maak niks tegen mijn zin, het ligt allemaal in mijn natuur.
Vind je dat je genoeg naar waarde geschat wordt?
Tom: Ik voel dat ik nog niet sta waar ik zou kunnen staan, die positie moet ik nog verder vinden. Ik ben daar kritisch in voor mezelf, maar er zitten beelden tussen die potentieel hebben. Als ik mezelf objectief tussen andere kunstenaars plaats, zie ik dat ik al werk voor musea in mijn collectie heb. Maar ik ben niet de persoon die daarover beslis.
O N K U I S H E I D
Ik heb in je teksten al referenties naar D.A.F. De Sade gevonden. Er komt ook wel eens bloot voor in je foto’s én je belicht graag de duistere kant van de mens. Kortom, deze zonde bega je in den hoofde. Kan je die viezigheid makkelijk kwijt in je fotografie?
Tom: Aangezien ik binnen een andere wereld werk – een werkelijkheid buiten onze werkelijkheid – kan ik er werkelijk àlles in kwijt. Soms doe ik dan ook lekker vieze dingen in mijn werk, dingen waar onze goede oude vriend De Sade zijn vingertjes wellustig aan zou verkneukelen,ja.
Mooie kusscène op die foto.
Tom: Deze foto staat dicht bij mijn persoonlijk leven. Het is zo’n typisch voorbeeld van een sterke vrouw die mij vastneemt en míj binnen doet. Zoals gezegd ontmoet ik vaak straffe vrouwen die me dan ook echt pàkken. Ik heb de vrouw op de foto zwarte leren handschoentjes aangedaan, waardoor zij net zoals de foto veel harder en agressiever wordt. Haar scherp kantje zorgt ervoor dat Markies De Sade de foto binnensluipt. Deze foto refereert ook naar Albert Eisenstad, een Duitse reportagefotograaf van tijdens de tweede wereldoorlog. Hij ontmoette een dolgedraaide matroos die alle vrouwen binnen deed en ik heb die kus met een militaire vrouw nog eens fijntjes overgedaan. Hier laat ik dus de geschiedenis graag samenvallen met mijn eigen leven. Zo moet je als kijker uit elke foto de iconografie zelf vertalen. Ik bied dat niet zomaar te koop aan.
Al heb je wel foto’s van vrouwen die zichzelf bevredigen…
Tom: Je hebt je voorbereid Hilde! Ik heb ook een foto waarin ik iemand billenkoek geef. Die dingen maken ook deel uit van het mens zijn en ik zou het fout vinden dat weg te moffelen.
Ik heb zo’n vaag vermoeden dat vrouwen voor je lens makkelijk uit de kleren gaan…
Tom: Dat merk je heel snel als fotograaf. Ik stel voor hen te fotograferen en ik voel aan tot welke foto’s ze zich willen lenen. Meestal zeggen ze zelf: “Ik wil veel doen hoor!” en dan weet ik waar de klepel hangt. Maar mijn naakt is nooit naakt om het naakt, daar bestaan genoeg andere fotografen voor. Mij gaat het om functioneel naakt in functie van een verhaal. Alhoewel, als jonge knaap had ik zo ook mijn hormonen…
Om nog eens naar Markies de Sade terug te keren…
Tom: Ik heb altijd veel leesgenot in zijn boeken en plezier om met mijn foto’s dingen uit te proberen die stammen uit zijn wereld.
Maar in het echte leven heb je niet de behoefte om zover te gaan?
Tom: Nee, sadomasochisme is niet aan mij besteed, het is een puur visueel genot, voyeurisme als het ware.
Ik hou vooral van de kostuums, als er rolletjes worden gespeeld, dan ben ik in mijn element.
In een relatie…?
Tom: … ben ik veel zachter (lacht). Maar in kunst mag en kan alles, ook pornografie, daar is Jeff Koons een groot voorbeeld in. Laten we het op zijn Paul McCarthy’s zeggen: hoe vettiger, hoe prettiger!
En weg was ik…
Hilde Van Canneyt, Copyright 2009.
http://www.tomdevisscher-photography.com/
Tom De Visscher stelt tentoon:
Ten Weyngaert Bondgenotenstraat 54 in Vorst, van 1 september tot 30 oktober. Openingsuren van 8.30u – 18.00u weekend gesloten.
PhotoView 2009: Photo View is in de loop van 2009 onder andere te zien op volgende locaties: • CC Scharpoord, Meerlaan 32, 8300 Knokke-Heist > Van 29 maart tot en met 7 juni 2009 (tijdens het Internationaal Fotofestival) • SD Worx, Brouwersvliet 2, 2000 Antwerpen > Van 6 juli tot en met 16 augustus 2009, van maandag tot vrijdag, 9 u. – 20 u.