Gent, februari 2022
INTERVIEW MET ANJA HELLEBAUT (°1974)
(mede-oprichter MENTORMENTOR),
ism NUCLEO/SUPPORT #3
Hilde Van Canneyt (HVC) Beste Anja, we zitten hier samen in je ‘uitvalsbasis’, je werkruimte in de veeartsenijschool, in één van de gebouwen van Nucleo te Gent. Wat is je vroegste herinnering aan kunst of cultuur?
Anja Hellebaut (AH) De eerste keer dat ik begreep dat er nog een andere wereld naast de mijne bestond, was toen ik als tiener bij een vriendinnetje thuis kwam. Hun huis zag er heel anders uit dan het mijne. Bij ons thuis lag er vasttapijt en pronkten eiken meubels. Bij haar lag een rode betonvloer en stonden Kewlox kasten.
Tijdens de kunstroute Chambres d’Amis van Jan Hoet, was hun huis ‘ingenomen’ door kunst. De Italiaanse kunstenaar Ettore Spalletti had een lange golvende strook blauw geschilderd doek tegen de muur gehangen. Het suggereerde het landschap in de bergen van Italië.
HVC Op je 16e trok je naar de kunsthumaniora. Was het op dat moment een innerlijke drang of belandde je daar omdat de reguliere schoolbanken je niet lagen? Of waren het je ouders die je al van jongs af aan stimuleerden of… ?
AH Ik tekende graag, eerder overtekenen. Ik had geen benul wat waarnemingstekenen was. Ik hield ook van wiskunde, vandaar ik eraan dacht om architectuur te studeren.
Ik ging naar de kunsthumaniora – artistiek humaniora ASO – dat zowel architecturale als beeldende vorming bevatte. Ik herinner me inspirerende leerkrachten zoals Gilbert Decouvreur die klassieke muziek oplegde of gedichten voordroeg in de architectuurlessen, of Lieven Tavernier die ons Kafka en Nescio voorschotelde – én Bob Dylan! Of neem Tom De Clippel, die ons waarnemen op een hoger niveau tilde.
De memorabele (boot)reis naar Finland om het werk van Aalto te gaan bekijken, staat nog steeds in mijn top tien van hoogtepunten in mijn leven.
HVC Na een aantal jaren proeven van kunst+architectuur, koos je ervoor fotografie te studeren.
AH Ik was een sociaal dier, de docenten zagen mij niet uren en uren alleen aan een tekentafel zitten. Zo lag fotografie op tafel. Trouwens, het eerste wat ik op mijn 12e kocht met mijn centen, was een cameraatje. Ik koos voor Hogeschool Sint-Lukas Brussel, mede omdat fotograaf Rony Heirman daar les gaf. Een vriend van kunstenaar Benoit Van Innis, nog een van die inspirerende leerkrachten uit het middelbaar. Ik ben geboren en getogen in Gent, het deed me deugd om van een andere omgeving te proeven. Al heeft het studentenleven in Brussel wel een keerzijde natuurlijk, dat blijft veel beperkter. We gingen veel naar het filmmuseum, de rommelmarkt aan het Vossenplein, en de Making Whoopy en het Narrenschip waren (studenten)cafeetjes, maar dat was het dan. Ik had het geluk ook daar bij enkele heel innemende docenten als Dirk Lauwaert les te kunnen volgen. Ik koos elk keuzevak dat hij gaf en vroeg hem als mentor voor mijn thesis. Wat een persoonlijkheid.
HVC En op een dag flapperde je met je diploma fotografie in de lucht…
AH Mijn thesis ging over ‘bomen’, met als onderliggende metafoor nadenken over fotografie en het leven. De boom met zijn wortels, stam en takken gold als – symbolisch – beeld als het ware. Ik concentreerde me op de solitude boom en om dat solitaire te benadrukken, probeerde ik zelfs een boom te fotograferen als zou het een studio-opname zijn.
Ik presenteerde mijn eindwerk als een installatie. Het had iets van een mathematisch onderzoek naar de relaties tussen de vorm van een boom, een tak en een blad. Ik maakte zelf sokkels en verbond foto’s door middel van krijtlijnen op de grond. Ik drukte enkele foto’s af in hele grote formaten, waarin door bewegingsonscherpte, de bomen tot leven leken te komen. Vrij experimenteel allemaal. Ik was geïnteresseerd in de ruimtelijke ervaring, meer dan in het puur fotografisch beeld.
HVC Had je op dat moment enig idee hoe je fotografieleven (beroepshalve) in te vullen?
AH Ik heb daar nooit over nagedacht. Ook mijn moeder pushte me niet om daar mijn brood mee te verdienen. Ik had het geluk dat ik vrijwel meteen kon starten als fotograaf in het Museum voor Schone Kunsten. Ik had nooit een job in loondienst aanvaard als het niet in een museum was geweest. Mijn hoofdtaak was om de reproducties van schilderijen te verzorgen. Ik leerde technisch veel bij. Later ontwikkelde ik mijn scenografische skills door mee de expo’s op te bouwen. Het meest fantastische was dat ik daar van ‘s ochtends tot ‘s avonds in de kunstgeschiedenis vertoefde. Ik werkte er tussen mijn 25e en mijn 30e. Ik heb zelfs de verhuis van het museum meegemaakt, tijdens de Grand Tour: alles moest het museum uit en ik moest erop toekijken of élk werk gedocumenteerd was. Ik voelde me daar wel goed, maar wist dat ik daar niet eeuwig zou blijven. Het was te eenzijdig. De wereld daarbuiten lonkte. Het mocht iets dynamischer.
HVC In 2004 stopte dat verhaal. Wat stond er vervolgens voor de deur te trappelen?
AH Ik ben altijd gefascineerd geweest door het stedelijke: hoe ruimte wordt gebruikt en alles zich tot elkaar verhoudt. In mijn artistieke praktijk gaat mijn aandacht daar naar toe. Ik maakte na mijn tijd in het MSK meer tijd om aan mijn eigen praktijk te werken, alsook te exposeren en deed daarnaast betaalde opdrachten als fotograaf in cultuurhuizen. Ik was ook enkele jaren teamlid van croxhapox, waar ik ontdekte dat ik het talent had om zaken te organiseren en coördineren. Van het een kwam het andere en zo kreeg ik in 2006 de vraag om de allereerste Museumnacht in Gent in elkaar te boksen en later ook de Dag van de Architectuur voor het Vlaams Architectuurinstituut. In 2008 ging ik mee naar Venetië ten tijde dat het Belgisch Paviljoen werd ommuurd door OFFICE Kersten Geers David Van Severen. Zo kwam ik weer bij mijn oude liefde architectuur terecht.
HVC In 2009 trok je de lijn verder in het STAM van Gent, waar je tentoonstellingsconcepten uitdacht en vorm gaf.
AH Ik heb altijd meer dan één ding tegelijkertijd gedaan: ik gaf al les in de fotografie toen ik startte in het STAM. Ik hou van verschillende uitdagingen door elkaar, al is dat vaak veeleisend. In het STAM heb ik enkele mooie projecten kunnen realiseren zoals bijvoorbeeld Blijven Plakken, over vijftig jaar migratie naar Gent, alsook Gent, bezette stad, een foto expo over de impact van WO I op Gent. Ook was ik projectleider voor Ondergronds in de stad, een samenwerking met Rotor en Studio Orka. Het Museum van de Misdaad blijft mijn persoonlijke favoriet. Vooral omwille van het proces. Met de collectie van het voormalige museum van de Gerechtelijke Politie van Gent, maakten we een heel nieuwe opstelling. We vonden het belangrijk om het spektakel uit de weg te gaan en hielden daarom de scenografie erg sober. De verhalen waren al schokkend genoeg. We kozen er voor om de onderzoekstechniek, de manier waarop een zaak werd opgelost, als rode draad te gebruiken. Historisch beeldmateriaal kreeg een prominente plaats. Hoe kan het anders als de curator fotograaf is? (lacht) Een realisatie waar ik best trots op ben.
HVC Dat mag je best zijn, Anja!
Gelijktijdig was je inderdaad lesgever aan de Sint Lucas Academie in Gent. Dat ondersteunende – het doorgeven van een vak bijna – trok blijkbaar meer aan je dan je eigen drang tot creatie.
AH Inderdaad. Al is het altijd kiezen in het leven. Op een bepaald moment noemde een vriendin me een ‘creatieve generalist’. Die term ligt me wel. Ik heb ontdekt dat er een groot verschil is tussen je talenten en je competenties. Wanneer ben je in je element en wanneer doe je iets dat mensen vinden ‘dat je goed kunt’? Al word je daar zelf niet per se blijmoediger van. Terwijl, talent iets is waar je zelf gelukkiger van wordt. Ik voel dat ik verschillende dingen in mezelf wil aanboren. In de mix van al die elementen, neem ik telkens de andere bagage mee.
HVC Neem je bewust tijd voor je eigen fotografie?
AH Voor alle duidelijkheid: ik maak nog foto’s. Ik ben een fotograaf die wandelenderwijs beelden maakt. Op de plaatsen waar ik kom zie ik in een flits een beeld verschijnen. Dan vertraag ik of doe een stap terug. Ik beslis vrij snel of ik al dan niet afdruk en maak niet zo heel veel foto’s.
HVC Na een reorganisatie van de Sint Lucas Academie, eindigde je opdracht daar.
AH Ik vond dat erg jammer. Na zeven jaar had ik er iets opgebouwd. Na het afstuderen van de studenten hield ik met velen een goed contact. Ik besefte daardoor wat een ‘gat’ er ontstaat na het afstuderen van een student.
HVC Zo ontstond op een dag MENTORMENTOR!
AH Ik begeleidde de eindejaarstentoonstellingen in Galerie Jan Colle, alsook de jury’s. Als studenten afstudeerden en erna ergens een kans kregen of een selectie moesten maken voor een expo, kwamen ze bij mij om raad. Je wilt niet weten hoeveel koffie’s ik heb gedronken door iedereen te helpen. (lacht) Ik vond dat tof, maar voelde dat die nood anders kon worden ingevuld. De info die je krijgt tijdens je fotografie-opleiding, is niet altijd al relevant op dat eigenste moment. Veel info gaat verloren. Maar belangrijker nog: als kunstenaar blijf je je leven lang evolueren, reflecteren en zoeken. De feedback die je op school krijgt, geeft richting aan je maakproces. Na je opleiding valt je klankbord weg. Als mentor probeer ik van betekenis te zijn door bijvoorbeeld verbanden bloot te leggen die de maker niet meer ziet, omdat hij er te dicht op zit. Door bepaalde vragen te stellen, kan ik iemand op een andere manier naar zijn eigen werk laten kijken. Iedereen heeft iets anders nodig en dat probeer ik op maat in te vullen. Ik ben mentormentor in 2015 opgestart met collega Lisa Van Damme, nu doe ik het al twee jaar zelfstandig. Lisa concentreert zich nu vooral op haar eigen fotografie.
HVC Je hebt met mentormentor allerlei ‘formules’ uitgewerkt waaruit je kan kiezen.
AH Er is inderdaad voor elk wat wils, zoals dat heet, maar daarvoor verwijs ik graag naar de website mentormentor.be (knipoogt) Er zijn korte en lange trajecten, alleen en in groep. In een review van een uur kan ik iemand vaak al aardig helpen, maar wie bijvoorbeeld een boek of expo wil realiseren, kiest beter voor een langer traject waarbij we op regelmatige basis samenkomen om dat doel te bereiken. Er zijn fotografen die nu al een aantal jaar blijven komen en hun één op één traject telkens weer verlengen. Ik bouw met hen echt een band op.
HVC Je organiseert ook masterclasses waarbij je veelal een fotograaf met internationale faam uitnodigt.
AH De masterclasses zijn een groepsgebeuren waar peer to peer feedback erg belangrijk is. Zowel de ‘lesgever’ als de participanten moeten zin hebben om te delen. Ze duiken in hun archief of werken vijf dagen verder aan een lopend project. Zo’n meerdaagse is zeer intensief en geeft echt een boost aan veel fotografen. ‘Netwerken’ is geen exacte formule die mentormentor aanbiedt, wel een belangrijk aspect. Er is de voorbije jaren een groep van fotografen ontstaan die elkaar ontmoeten op een masterclass of in een traject, elkaar terugzien op een opening van een expo, mekaar volgen op sociale media,… Ze ondersteunen zowel als dat ze elkaar aanmoedigen, of ze kopen elkaars publicatie.
HVC De expo’s Verzameld Werk zijn tentoonstellingen die jij organiseert in Blanco, de tentoonstellingsruimte van Nucleo, ook gelegen aan de Coupure te Gent.
AH De mensen die in een groepstraject zitten, weten sowieso dat er op het einde in the full package een expo besloten ligt. In een één op één traject, hangt het af van hun parcours. Daarvoor zet ik één keer per jaar een open call uit: ‘Denk jij dat je werk klaar is om getoond te worden?’, wat door een externe jury wordt geselecteerd. Ik ben dan de lijm tussen die fotografen. We maken er in groep een kwaliteitsvolle tentoonstelling van waar ieders werk tot zijn recht komt. Al ben ik het wel die richting geeft om het geheel te doen kloppen en de knopen doorhakt.
HVC Zien de opleidingen jou als concurrentie?
AH In het begin misschien wel, maar ik heb altijd benadrukt dat mijn mentorschap dient voor na de opleidingen. Ik geef géén les. Ik ga niet iemand begeleiden ‘omdat die geen zin heeft om les te volgen’. Sommige mensen verwijs ik door naar een academie of cvo. Er komt al eens een laatstejaarsstudent langs die een keer een andere stem wilt horen, of een autodidact die niet van plan is om een opleiding te volgen. Ik probeer iedereen binnen zijn eigen talenten te stimuleren. Dat kan door een klankbord te zijn, evengoed door een zaadje te planten. Ik ben geen orakel met kant en klare antwoorden. Ook taal is belangrijk, hoe fotografen over hun eigen werk praten of schrijven…
HVC Als je dat maar weet! (knipoogt)
AH Wij doen daar bewust oefeningen rond: hoe pitch je je fotoproject of wat schrijf je in een kunstenaarstekst?
HVC Je samenwerkingen zijn niet min. Zo waren er al partnerships met het SMAK, FOMU, Kunsthal Gent, etc.
AH Ik kan bijdragen in de groei van kunstenaars, maar ik hecht ook veel waarde aan projecten met een maatschappelijk belang. In de samenwerking met SMAK en het psychiatrisch centrum Dr. Guislain functioneert de camera tegelijkertijd als een schild en een venster. Ik neem de patiënten au sérieux als fotograaf, want het is niet omdat je psychisch kwetsbaar bent, dat je geen goede foto’s kan maken. Het is ook interessant met jongeren te werken, hen bij te brengen hoe manipulatief een beeld kan zijn en hen te leren een standpunt in te nemen; de impact daarvan te snappen. Ik vind dat waardevol.
HVC Is je idee over fotografie in de loop der jaren veranderd?
AH Jazeker, dat is als medium constant in verandering. Het beeld evolueert mee.
HVC Kan je fotografie op dezelfde lijn van ‘skills’ leggen; zoals pakweg teken- of schilderkunst dat is?
AH Op zich zou je kunnen zeggen dat een ‘camera het werk doet’, eens je weet hoe je hem moet gebruiken. Zelf heb ik er een haat-liefde verhouding mee. Die techniciteit is iets wat me niet echt boeit. Daarnaast is de schriftuur van de maker is in fotografie redelijk beperkt.
HVC Mis je de poëzie van het manuele maken?
AH Zoiets ja. Het proces in de fotografie is erg versnipperd. Bij het fotograferen voel ik niet dezelfde aandacht en concentratie als bij tekenen. Ik kan me er bijgevolg minder in ‘verliezen’. Het fragmentarisch proces van fotograferen, ontwikkelen of laden op de computer, selecteren, bewerken, presentatie bepalen: het is een verzameling momenten waarop je keuzes maakt, minder een flow waarin de opties als vanzelf in elkaar overgaan. Zoals je bij het tekenen jezelf corrigeert terwijl je handelt. Op vakantie neem ik al eens een potlood vast. (lacht)
HVC Kan een foto gewoonweg ‘mooi’ zijn, zonder dat het relevant is?
AH Ik vind het belangrijk dat mensen zich vragen stellen bij waarom ze dingen doen, maar niet elke foto moet daar een antwoord op hebben. Een schilder die een vierkant schildert, wordt ook niet gevraagd waarom hij dat doet. Fotografie heeft natuurlijk een sterke relatie met de werkelijkheid en dat maakt het een ander medium dan veel andere beeldende kunsten. Het is die herkenbaarheid van het onderwerp die vaak de waarom-vraag oproept. Binnen de fotografie wordt de foto het meest gezien als kunst, als deze het minste lijkt op wat de fotograaf zag; dat het werk het minst op een foto lijkt als het ware. Ik vind dat evengoed een haarscherpe herkenbare foto kunst kan zijn.
HVC As it can be! Het lijkt me niet simpel fotografie, er kan zo-te-veel!
AH Mij maakt het niet uit in welk medium een werk is gemaakt. Als het maar prikkelt en nieuwsgierig maakt. Ik kijk niet graag alleen maar naar fotografie. Je vindt me ook in een Museum voor Hedendaagse Kunst of met mijn neus in een kunstboek van een schilder of typograaf, of in een theater of op een concert. Ik ben niet geïnteresseerd in een medium. Het gaat mij om ‘wat is er’? Om hoe het kunstwerk me op de een of andere manier raakt.
HVC Vanaf wanneer wordt een foto ‘kunst’? Hoelang blijft het ‘gewoonweg’ een documentaire foto bijvoorbeeld en wanneer overstijgt het dit alles?
AH In the end heb je een beeld waarmee je communiceert naar een publiek. Ik ben als coach geïnteresseerd in het proces, omdat ik wil weten hoe het publiek mee kan gaan in je verhaal als fotograaf. Kan deze extra tekst gebruiken bijvoorbeeld? Op maat aanvoelen waarom wel of niet iets nodig is, vind ik interessant. Vandaar, als een beeld niet prikkelt, mag je daar nog de grootste verhalen aan ophangen: ik geraak daar niet bij.
Wat kan een reden kan zijn dat je blijft haken aan een foto? Soms is het iets dat niet meteen leesbaar is, een andere keer is het dat intrigerend detail, somtijds is er zoveel te zien dat je het beeld altijd wil herontdekken… De foto kan ook gewoonweg in zijn abstractie boeiend zijn of een gevoeligheid raken, en af en toe blijft gewoonweg het concept overeind. Wat mij betreft is er geen definitie van wat een goede foto is.
HVC Welke raad geef je je fotografen om zich te onderscheiden van de overload aan beelden?
AH Dat kan niet het doel op zich zijn. Authenticiteit is eerder een gevolg van een tijdlang bezig zijn. Sommige fotografen herken je aan hun stijl, andere aan de thema’s die ze aanraken. Dat iemand zich onderscheidt van anderen, zegt daarenboven niet per definitie iets over de kwaliteit. Het succes van een fotograaf kan evenzeer sterk afhangen van de mate waarin bepaalde thema’s actueel zijn. Er zijn altijd tendensen, en je voelt veel klonen natuurlijk. Al dan niet bewust. Het klinkt misschien zweverig, maar ik geloof dat je in het eindresultaat de oprechtheid waarmee iemand iets doet, kan gewaarworden. Authenticiteit, oprechtheid, kern en drive: het zijn woorden die ik vaak in de mond neem als ik praat met fotografen.
HVC Wat zijn je verdere dromen met je eigen werk?
AH Ik stimuleer anderen om tijd te nemen hun werk te maken en er op een serieuze manier mee bezig te zijn en daarin te groeien, zelf neem ik die tijd niet. Ik maak nog foto’s, maar het is niet omdat de foto is gemaakt, dat je een eindresultaat hebt. Daar kom ik nu niet toe. Soms frustreert dat, maar met mentormentor ben ik wel dagelijks met fotografie bezig. Dat mijn bijdrage echt het verschil kan maken in iemands parcours, geeft veel voldoening.
HVC Dat doe je goed Anja! Dank je voor het fotografiegesprek!
Één reactie op “Interview met Anja Hellebaut van mentormentor”
Zeer knap parcours Anja!