INTERVIEW MET WOUT VANDEVENNE (°2001)
Hilde Van Canneyt (HVC) Beste Wout, je bent net afgestudeerd op LUCA te Gent. Heb je al ergens een vers ateliertje ingericht?
Wout Vandevenne (WV) Ik woon in Aalst en vond een atelier in Zwalm, op een half uur rijden. Dit combineer ik met een Educatieve Master. Het is een periode van zoeken.
HVC Ik vermoed dat je die atelieruren goed moet inplannen?
WV Minstens in blokken van vijf uur. Trouwens, acht uur in het atelier zitten, is te lang. Dan ben je toch niet productief.
HVC Hoe kwam schilderkunst op je pad?
WV Ik volgde eerst architectuur op Sint-Lucas en toen we kunstgeschiedenis kregen, maakte ik de klik: ik wilde ook die vrijheid voelen tijdens het creëren. Nochtans kon ik niet per se goed schilderen, en tot op de dag van vandaag vind ik dat nog altijd, vandaar dat ik het combineer met tekenen.
HVC Je meeste tekeningen zijn – vergeleken met je schilderijen – klein van formaat. (A4) Rij je daarvoor speciaal naar je atelier of lukt dat ook in een tekenblok aan de keukentafel? Want het zijn geen typische ‘vlugvlugschetsen’.
WV Nee, ik zie ze echt als tekeningen. Maar ik heb steeds het gevoel dat schilderijen meer ‘waw’! worden bekeken. Ik blijf zelf altijd meer vrijheid voelen tijdens het tekenen, alsof ik dat meer onder de knie heb. In schilderen zijn er ook zoveel mogelijkheden, dat lijkt een grotere ontdekkingsreis. Daarom is het ook een aanzienlijke stap om aan een schilderij te beginnen. Ze meten 1.70m op 1.20m. Ik denk dat ik de laatste maanden maar één schilderij maakte, en de rest zijn tekeningen, maar wel op grotere formaten, tot A1 zelfs. Nu ik weet dat ik bij NQ gallery een tentoonstelling heb, werk ik daar naar toe, maar dat kan evengoed blokkeren natuurlijk.
HVC Je beeldt graag je ‘eigen’ wereld versus de ‘grote’ wereld uit. Maar er is meer: het is ‘jouw’ werkelijkheid tezamen met je herinnering.
WV Vroeger werkte ik meer naar de realiteit, ik voel dat dit nu meer is losgekomen.
HVC Het verhalende – bijna storytelling – is van tel, elk beeld heeft als het ware een verleden en een toekomst.
WV Voor de expo die er in NQ aankomt, ben ik bij wijze van spreken een toneelstuk opgestart waarin ik allerlei figuren voor heb uitgevonden. Meestal teken ik uit mijn hoofd, ervoor werkte ik veelal naar foto’s die ik eerst uitteken met een pennetje.
HVC Je werk draait ook om de existentiële eenzaamheid, wat trouwens in de meeste mensen ingebakken zit.
Philippe Vandenberg zei ooit dat er weinig of geen kunst over geluk bestaat. ‘De mens heeft dat niet nodig, het draait om het mankement in de blues van het menselijk bestaan.’ Akkoord?
WV Ik probeer dat niet specifiek te duiden, omdat ik anders het gevoel heb dat ik er op word vastgepind. Ik weet niet hoe mijn werk zal evolueren, wat ik volgend jaar doe… Natuurlijk merk ik zelf wel dat het meestal aparte figuren zijn. Maar dit is niet bewust.
HVC Op de expo (expo)nentieel -waar ik curator van ben – in het Nodenaysteen te Gent, toon je het werk Seeing double. Twee figuurportretten die elk de andere kant uitkijken.
WV Ik zie dat als twee figuren die vasthangen, maar anderzijds elk een andere visie hebben.
HVC Denk je onderweg naar je atelier al aan wat je zal-gaan-maken?
WV Tegenwoordig ben ik geïnspireerd door rare uniformen en dadaïstische figuren. Terwijl ik vroeger personages uit mijn persoonlijke kring in een specifieke setting zette. Voor ik eraan begin, heb ik wel al een beeld voor ogen, kan het zijn dat ik dit even uitschets en in een narratief zet. Het is raar, maar het is meestal op random momenten dat ik ideeën krijg. Deze probeer ik dan te visualisteren. Eens ik het uitwerk, zie ik wel waar het eindigt.
HVC Luc Tuymans heeft nooit een realistisch beeld in zijn hoofd, wel een ‘stemming’. De uiteindelijke formulering voltrekt hij dan in een dag.
WV Bij tekenen heb je meer directheid, de kleuren zijn ook directer en intenser. In schilderkunst heb en zie je die gelaagdheid, dat beïnvloedt het ‘frisse’ ook. Die directheid en intensiteit, moet ik in mijn schilderijen nog onder de knie krijgen. Maar ik hecht niet meer waarde aan schilderen dan aan tekenen.
HVC Je werken hebben iets stripachtigs, enerzijds zit er eenvoud en verstilling in, soms zelfs melancholie, anderzijds absurdisme, zoals ‘The prayer of doubt.
WV De laatste tijd gaat mijn voorkeur naar het bevreemdende. Ik zag bijvoorbeeld een werk van James Ensor met een poppenfiguur met zo’n typisch uniform, alsook Caravaggio met een van zijn werken waarin iemand in zijn nek wordt gebeten. Dat past voor mij samen en daarom maak ik daar een werk van. Dat het een verwijzing is naar de kunstgeschiedenis, is extra meegenomen. Met The Prayer of doubt verwijs ik dan naar De Vlaamse primitieven; van die typische figuren tijdens de Bourgondische tijd. Dan vraag ik me af of ik deze in een setting van nu kan plaatsen. Het is evenzeer een beetje lachen met de kunstgeschiedenis, want geef toe, deze wordt toch héél serieus genomen. (knipoogt) Maar natuurlijk, ik weet dat ik dankbaar moet zijn voor onze rijke kunstgeschiedenis. Ik vind het zot hoe je als kunstenaar al deze ingrediënten kan samenvoegen. Sommige werken doorlopen in het toneel, zoals dat werk met dat uitzicht van het raam – Shadow of the night – dat dan doorloopt in een kleiner werk. Alles is een fragment van een groter verhaal.
HVC Qua techniek, figuratie en inhoud ben je beïnvloed door Jean Brusselmans, Gustave De Smet en James Ensor.
WV Ook Philip Guston spreekt me enorm aan, ook al lijkt mijn werk daar niet op.
HVC Zie je voor jezelf dat je typisch werk anno 24 brengt? Je stelt je ook kwetsbaar op met je naïeve beeldtaal, vind ik.
WV Dat vind ik moeilijk om op te antwoorden…
HVC Ben je je ervan bewust dat je nog een lange zoektocht in de kunst te gaan hebt? Heb je die offers ervoor over?
WV Ik heb er gewoon nood aan om die dingen te kunnen maken, dit is wie ik ben.
HVC Voor wiens carrière zou je willen tekenen?
WV Richard Diebenkorn en David Park spreken mij wel aan. Al ken ik hun leven niet, ik ben tevreden genoeg met mijn leven. (knipoogt) Maar ik interpreteer alleen maar, ik mag me niet vergelijken met andere kunstenaars, anders word ik zot.
Wat ik een moeilijk evenwicht vind, is leven en familie versus werk en hoe rond te komen, te combineren, etc. En moet ik commercieel denken of niet, want zo zou ik mijn materiaal kunnen bekostigen. Ik vind het een moeilijke afweging. En als je dan bezig bent met je werk, zit je in je eigen wereld. Is dat positief of negatief?
HVC Dat is letterlijk me-time, je eigen tijd opeisen. Je doet het voor jezelf, maar uiteindelijk wil je net dialogeren, zelfs applaus krijgen.
Wat betracht je bij de kijker als deze je werk op de expo in de NQ gallery zien hangen?
WV Ik vind het gewoonweg fijn dat ik de werken kan delen, dat samenkomen vind ik belangrijk. Alhoewel, op openingen heb ik het gevoel dat het wel eens meer gaat over de samenkomst van mensen. Dat vind ik soms te veel van het goede. (knipoogt)
HVC Ach, beide zijn nodig! Introspectie versus het sociale (knipoogt)
Ik kan trouwens nog niet de vinger op je werk leggen. Het is geen Gefundenes Fressen. Maar dat zie ik als iets positiefs.
Hilde Van Canneyt
Wout Vandevenne stelt tentoon:
19.01.2025 – 25.03.2025
NQ Sara van Vliet & Wout Vandevenne in ”The question mark must be a sign” with photography by Stacii Samidin H.F. Room “Moonlight” solo show Johannes Nagel
NQ GALLERY, Mechelsesteenweg 11, 2018 Antwerp, Belgium