Categorieën
Interview Uncategorised

Interview met Elke Boon en Dolores Bouckaert

Gent, 18 februari ’09.

Elke Boon en Dolores Bouckaert keken samen over de grenzen van de beeldende kunst heen en stortten zich in het toneelproject ‘Honger’, een sprookje over de vertering van de liefde -of hoe de liefde niet in beelden, maar in woorden en daden om te zetten…

Gesprek over ‘Honger’ tussen Dolores Bouckaert , Elke Boon en Hilde Van Canneyt.

Vraagjes van Dolores Bouckaert aan Elke Boon:

Dolly: Wat betekent honger voor jou?
Elke: Een drang, een noodzaak, een verlangen… het komt allemaal op hetzelfde neer. Honger kan op alles slaan: honger om te eten, om te vrijen, te creëren, te leren.
Een drang naar impulsen die er spontaan zijn of die ik zelf opzoek. Ik had honger om te creëren.

Dolly: Waarom heb je besloten zelf op scène te staan?

Elke: Dat is niet iets dat ik nu besloten heb, dat is iets wat ik wou doen. Het was duidelijk dat ik ging meespelen, ik wou de andere kant van regisseren meemaken. Als kind heb ik zowel klassiek ballet optredens gedaan als amateurtoneel gevolgd. Nu zing ik met ‘Mary and me’ op een podium.

Dolly: Benader je de manier van een voorstelling op dezelfde manier als het maken van een kunstwerk? Waar ligt voor jou de grens en waar ligt voor jou het verschil?
Elke: Er is geen verschil, al moet ik nu wel rekening houden met jou (lacht). Tegelijkertijd kan ik mij ook voeden, maar wanneer verrijk je elkaar en wanneer loop je elkaar in de weg? Het stuk maakt zichzelf en neemt ons mee, wij moeten dat aanvullen. Eerst heb je dat in handen en dan begint dat iets te worden. Maar eigenlijk zijn tekenen, muziek, video, tekst… allemaal hetzelfde, het is een creatie die aan het groeien is en waarmee je communiceert en dialogeert.

Dolly: Waar en hoe vult het medium theater jouw reeds afgelegde parcours aan?
Elke: Dat is een moeilijke vraag, want vanaf je met een werk begint, moet je je afvragen welk medium dat werk nodig heeft. Aanvankelijk wou ik een vleesplank met daarop een kookboek voorstellen: die vleesplank was een bed en dat kookboek een allusie op hoe je je lief moet opeten om eeuwig samen te zijn. Later werden dat recepten, nadien een verhaal met twee personages en uiteindelijk dit (toneel)stuk.

Dolly: Waar zit voor jou de magie van het theater?
Elke: Op het podium, waar alles zeer duidelijk ‘gespeeld’ wordt, proberen we toch een puurheid, eerlijkheid, en spontaniteit te benaderen, en soms vinden we dat nog ook! Ook via de coaching van Charlotte Vandeneynde en Kurt Vandendriesche leer ik nu een groot deel van mijn body language kennen waarvan ik me niet bewust was. Ik ben als maker nu ook geconfronteerd met mijzelf als deel van het werk.

Dolly: Wat heb je geleerd uit Honger?
Elke: Geduld hebben. Het is voor mij een nieuwe bron van interessante mogelijkheden die ik kan ontdekken. Het is belangrijk dat iedereen achter de dingen staat die gebeuren, anders werkt het niet. Wat ik geleerd heb? Wachten en graven, heel diep graven…

Vraagjes van Elke aan Dolly:

Elke: Waarom werk je graag samen met ‘iemand’?
Dolly: Ik ben een beter mens als ik met anderen samenwerk. Als ik alleen werk, werk ik vanuit de persoonlijke vraag. Samenwerken is het verruimen van de eigen horizon. Ik word gedwongen mij over te geven aan de ander wat in eerste instantie altijd moeilijk is, je moet delen en vooral communiceren. Je stelt jezelf fragiel op, je moet je fixaties en totale controle lossen en iemand anders binnenlaten. In het geval van Honger oppert iemand een idee en gaat iemand anders daar op verder werken, waardoor je elkaar omhoog trekt en invalshoeken krijgt die helemaal onbekend zijn. Mijn Honger is heel anders dan die van jou, maar het is maar door jouw Honger te ontdekken dat ik de mijne een plaats kan geven. Zo bouwen we samen een wereld. Een wereld die ik als ‘uniek’ beschouw. ‘Onze’ wereld. De weg die we daarvoor moeten afleggen is soms wankel en uiterst fragiel, maar komt gelukkig ook vaak samen. Er is iets tussen ons beiden dat ik als bijna magisch beschouw en wat ik nooit op die manier in individueel werk ervaar. Dit overstijgt de egotrip waar ik ook mijzelf soms op betrap maar vreselijk verafschuw.

Elke: Wat in het verhaal van Honger heeft je ‘goesting’ aangewakkerd?
Dolly: De tekst werd initieel door jou geschreven. Ik herinner mij goed hoe een acteur sereen de tekst voorlas op een scène waar enkel een tafel en stoel stond. Puur de essentie. Ik kende je absoluut niet maar toen ik de tekst hoorde ervoer ik iets als pure erkenning en herkenning. ’Ik wil dat spelen!’, ‘Wie schreef dit?’ is het enige wat ik dacht. Het is duidelijk dat er ondergrondse onuitspreekbare liaisons tussen ons beiden zijn. Ik kan ze niet direct benoemen en ik weet niet of jij dit ook zo aanvoelt, het is iets dat tussen ons heen zweeft. Ik hoop dat dit de voorstelling naar een hoger niveau kan tillen. Ik hield heel erg van het ritme, de poëzie en de inhoud natuurlijk. Mag ik niet gewoon zeggen dat ik hem heel mooi vond?

Elke: Wat zie je als je aan honger denkt?
Dolly: Het is weinig verbonden met het woord honger, maar ik zie wel die buik, het grijpen naar die buik. Mijn buik is leeg en hij moet gevoed worden. Alle pijn en schoonheid komen samen in de buik, het leven ontstaat daar ook. Honger gaat deels over keuzes maken en dingen achterlaten. De moord in het stuk gaat ook over dingen kapot maken die je zo dierbaar zijn dat ze destructief voor je worden, soms kan je ze dan nog enkel doden, figuurlijk dan, om te overleven. Op scène voel ik me gedragen door jou, de scène trilt stil maar onophoudelijk – op het scherp van de snede – de ganse tijd. Ik heb een beeld dat we samen lopen op een heel dun koordje waar we elkaar af en toe moeten vastgrijpen om er niet af te vallen. Honger ziet er voor mij uit als een heel gevaarlijke, maar magische, wonderschone evenwichts- en acrobatenact.

Elke: Wanneer heeft onze samenwerking je iets bijgebracht?
Dolly: Ik heb het gevoel dat we al heel veel verschillende versies van Honger geschreven hebben, maar het moeilijkste was de tekst herschrijven zonder jou, als een antwoord op jou en je tekst. Ik heb echt in je zitten graven en zo leer je ook lelijke en schone dingen bij jezelf kennen. In dat opzicht is het één van de heftigste dingen die ik gedaan heb, te vergelijken met een emotionele trip. Telkens wanneer ik Honger lees, zie ik zowel jou als mijn verhaal, het is een bijna therapeutisch ‘ding’ geworden, het zoveelste onderzoek… en net ik die er naar streef iets lichts en luchtigs te maken (lacht).
Onze improvisaties op de vloer brengen mij ook heel veel bij, jouw naturel is voor mij vaak heel confronterend maar zéér goed. Dus elke repetitie, iedere stap naar ons eindbeeld brengt mij iets bij.

Elke: Wanneer stond de samenwerking je in de weg?
Dolly: Bijna altijd, hoe feller het gaat, hoe meer, zowel in positieve als in negatieve zin. In eerste instantie bots je eerst ergens tegen. Tegen jou, mijzelf… Maar goed, ondertussen weet en vertrouw ik erop dat wat eerst als een obstructie en moeilijk aanvoelt een klein beetje later tot iets heel schoons kan leiden.

Elke: Zou je dit opnieuw doen?
Dolly:
Ik denk het wel… alhoewel, niet direct (lacht). Want deze samenwerking
vraagt veel van mijn hoofd en lijf, maar daar weet jij alles van, toch?
Ik zou in de toekomst wel graag een scenario met je schrijven, maar dat moet ik je nog vragen.

Hilde: Elke heeft nog een vraag teruggekaatst: Waar vult beeldende kunst bij jou theater aan?
Dolly: Ik zie het niet echt als een echte aanvulling, voor mij zijn het twee verschillende manieren van werken. Ik ben met foto’s en video’s begonnen omdat ik het individueel onderzoek miste in theater. De individualisering van mijn meest individuele gedachten met mijn resultaat. Anders dan bij jou dienen mijn video’s om het eindresultaat te tonen van mijn onderzoek. Ik vroeg me bij jou gewoon af of dit iets nieuws was, een autonoom verhaal…

Vraagjes van Hilde Van Canneyt aan Elke en Dolly.
(Apart ondervraagd)


 
Hilde Van Canneyt: Hoe combineren jullie jullie talenten? Zijn er vastgelegde afspraken over de taakverdeling? Hoe vormen jullie één geheel? Hoe slagen twee sterke individuen erin één werk te maken dat van beiden is? Is dit een onderzoek binnen een onderzoek?
Elke: Het is zeker een onderzoek binnen het onderzoek. Er is geen regel voor, het is een strijd, een gevecht, soms tegen elkaar, maar vooral om Honger sterk te maken, daarin hebben we hetzelfde doel. We willen opkomen voor dat werk. Niet omdat we ego’s zijn, Honger moet gewoon goed worden. Er worden geen compromissen gesloten. Je werkt en werkt dieper tot je allebei zegt: ”Ja, dààr ligt het!”. Het is een harde eerlijke manier van werken. Wat mijn beeld en Dolores’ beeld is, is wat Honger moet zijn. We willen op een bepaalde graad van zuiverheid gaan. Honger is niet ‘af’ en zal nooit ‘af’ zijn.
Dolly: Die vraag is eigenlijk Honger. Het creëren van een idee. We zijn beide maker en hebben afgesproken over alles samen te beslissen en ons kind te maken. Dan stuit je al gauw op een probleem en begint de confrontatie, want voor mij is een kleur rood en voor Elke is die kleur blauw, welke kleur moet het dan worden? Zo kan je over alles discussiëren. Eén van de talenten van Elke is haar drang tot precisie, terwijl ik net vanuit improvisatie en vrijheid dingen wil laten ontstaan. Ik probeer heel hard haar noodzaak daarin te betrekken en probeer daaraan mee te werken. Omgekeerd ook hé. Zo ontstaan er tijdens het werken kantelmomenten binnenin onszelf en dat vind ik boeiend. Soms zie ik de verrukking op Elke’s gezicht wanneer ze iets doet wat nieuw voor haar is, dat is super.

Hilde: Wat geeft jullie meest voldoening? Het schrijf- of creatieproces of de uitvoering voor het publiek?
Elke: Het samenkomen van alles, de dode zinnen op papier tot leven brengen. Voor je het weet gebeuren er dingen met woorden, beelden, muziek, choreografie, dààr doe je het voor. De uitvoering is de kroon. Ik hoop dat ik er enorm van zal houden Honger uit te voeren.
Dolly: Heel globaal: het werkproces. Het dagdagelijkse samenzijn en de weg die je aflegt met vallen en opstaan boeien me het meest. Al de stapjes tussendoor zijn op zich allemaal kleine overwinningkjes. Als het werkproces goed zit – wat de verwachtingen ook zijn – dan is het goed. Je moet bereid zijn elkaar te bundelen. Geen enkele voorstelling kan slagen als je twee eilanden bent. Je moet elkaar voeden en toestaan dat de andere je iets geeft. Dat is dubbel omdat onze samenwerking ook honger is.

Hilde: Wat wil je teweegbrengen bij het publiek? Wil je hen meer dan gewoon een fijne avond bezorgen? Wil je dat ze na de voorstelling op een andere manier naar het leven kijken?
Elke: Ik hoop echt vooral dat ze een fijne avond hebben. Wij willen een situatie schetsen die zij hopelijk een beetje herkennen in hun eigen leven. Meer niet. Ik ga de wereld niet veranderen. Liefde is soms ook een loodzwaar onverteerbaar ding. Hoe kan je je zo wegcijferen voor liefde en ophouden te bestaan? Daar gaat het in het stuk wel wat over.
Dolly: Ik ben daar niet te ambitieus of veeleisend in, ik merk dat wat uw intentie ook is, er op duizend man misschien één iemand zal zijn die voelt wat je wilt vertellen. Alles begint bij jezelf. Wat wil ik vertellen en hoe vertel ik het? Hoe communiceer ik het naar het publiek? Ik betracht altijd een soort van vervoering en herkenning teweeg te brengen. Dat is een interessant onderzoek waar je bewust bezig mee moet zijn. Ze moeten de gelaagdheid voelen, maar ik wil aan niemand opdringen hoe ik in het leven sta. We hebben een video waar we beiden een witte jurk aanhebben en waar je ziet dat eerst Elke vol bloed loopt en ik leegloop en dan omgekeerd, in een ‘loop’. Ik geef en ik neem en dat is voor mij die voorstelling, dat wil ik bereiken op scene.

Hilde: Hoe belangrijk is het dat dit stuk hedendaags is? Hoe dialogeer je met toneelstukken van vroeger?
Elke: Alles is al gedaan, maar niet door ons. We doen wat we nodig vinden voor dat stuk. Iets dat goed is, is goed.
Dolly: Elke voorstelling is van nul beginnen. Ik merk wel dat ik veel speel met de retoriek van klassiek theater, het spreken, het woord. Ik kijk naar speechen van Hitler en Goebbels om me te inspireren. Hoe beweeg je als je iets vertelt? Ik ben nu ook Shakespeare aan het herlezen om te kijken hoe we best onze teksten kunnen vertellen.

Hilde: Hoe belangrijk is decor, muziek, kledij?
Elke: Alle zintuiglijke gewaarwordingen zijn belangrijke elementen die deel uitmaken van dat stuk, even belangrijk als tekst en uitvoering.
Dolly: Als je tien pijlers hebt in een voorstelling, wil je ze allemaal evenveel aandacht geven. Het is een apart onderzoek naast de tekst die je geleidelijk opbouwt.

Hilde: Is er tijdens het stuk plaats voor het oncontroleerbare, het onvoorziene?
Elke: Er zijn scènes waar improvisatie mogelijk moet zijn. Je kan ‘iets’ nooit twee maal op dezelfde manier brengen.
Dolly: Dat moet! Voor je begint is er een leegte en denk je: oei, we moeten ons opnieuw gaan uitvinden.

Hilde: Is het onrust die jullie dwingt een stuk te maken? Wat drijft jullie?
Elke: Het is een levenslust. Wat me drijft? Iedereen creëert wel iets, of het nu kinderen zijn of oorlog. Ik doe nu dit. Ik volg niet, maar neem zelf het initiatief om iets te maken, hoe klein en onschuldig het ook is. Dit is mijn weg, en soms is er een kassei, val ik erover, maar ik kies hiervoor. Er is voor mij geen andere manier om te leven. En al zit ik dan ook veel te wroeten, als ik niet zou creëren zou ik jeuk krijgen denk ik.
Dolly: Goesting gecombineerd met een positieve onrust. De drang naar creatie, nieuwsgierigheid, naar ons, het gemeenschappelijk resultaat… wat zit er allemaal in die Honger. Het is evenzeer een ontdekken. Goesting om dat groot verhaal aan te gaan, in de diepte springen en zien wat eruit komt. Je zit met een ei dat eruit moet.

Hilde: Is er voor jou een scheiding tussen je kunst en je privéleven?
Elke: Het zijn anderen die bepalen of ik al dan niet kunstenaar ben. Ben ik een ander mens als ik aan het werk ben of met mijn lief in de zetel zit? Nee. Ik ben altijd wel ergens dezelfde, dus ja, ik ben er altijd mee bezig.
Dolly: Nee, zeker niet in het creëren, je werkt vanuit jezelf, zo niet kan je niets waarachtigs brengen. Nu droom ik letterlijk Honger, zolang het niet af is zit dat in elke porie van mijn lijf.

Hilde: Kan je ons heel kort ‘teasen’? Waarom moeten de mensen naar Honger komen zien?
Elke: Het is een proces van twee gedreven mensen, het is het resultaat van hard werken.
Dolly: Kom kijken, het is één grote verassing !

Hilde: Doen we zeker!

Hilde Van Canneyt, Copyrights 2009.

Elke Boon en Dolores Bouckaert spelen op 26, 27 en 28/03/09 in CAMPO victoria, Gent. Ze werden gecoacht door Charlotte Vanden Eynde en Kurt Vandendriessche.

www.campo.nu
www.elkeboon.be
www.myspace.com/maryandmemusic
www.salon-d.be

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *